Leermens – Op woensdag 19 juli is Nationaal Coördinator Groningen (NCG) gestart met de eerste inspecties van kerken in het aardbevingsgebied. De inspecties maken onderdeel uit van een onderzoek naar een nieuwe beoordelingsmethode om te bepalen of gebouwen bestand zijn tegen aardbevingen. NCG begin met vijf kerken van de Stichting Oude Groninger Kerken (SOGK). Het gaat om de Andreaskerk in Spijk, de Donatuskerk in Leermens, de Dionysiuskerk in Uithuizen, de N.H. kerk in Eenum en de Gereformeerde Boaz kerk in Westeremden.
NCG heeft in nauw overleg met de SOGK deze vijf kerken uitgekozen, omdat de kerken qua bouwstijl en constructiewijze verschillen. Zo kan de beoordelingsmethode op verschillende type kerken worden toegepast. De vijf kerken worden in de laatste twee weken van juli geïnspecteerd.
Calvi-beoordelingsmethode
Het onderzoeksprogramma is bedoeld om een alternatieve beoordelingsmethode te toetsen, de zogenaamde Calvi-methode. De methode is ontwikkeld door de Italiaanse professor Calvi. Het eerdere onderzoek van professor Calvi bij een aantal kerken in het aardbevingsgebied heeft de verwachting gewekt dat met deze methode sneller kan worden bepaald of versterking van een gebouw nodig is. Om de beoordelingsmethode te testen, gaat NCG ongeveer 52 kerken in de kern van het aardbevingsgebied met deze methode onderzoeken. Zo hoopt NCG inzicht te krijgen in de geschiktheid van de methode voor andere gebouwen.
Onderzoeksfasen
Het totale onderzoek bestaat uit een aantal stappen. Het werk start met bureauonderzoek, waarbij zoveel mogelijk gegevens over de kerk worden verzameld. Daarna vinden inspecties plaats. Tijdens de inspectie worden zoveel mogelijk onderdelen van de kerk in kaart gebracht. De inspectie duurt minimaal een werkdag. Op basis van alle gegevens wordt een constructieve analyse gemaakt en een rapport opgesteld.